Berichten

Wennen aan geluk

In ons gevoelsleven weegt het slechte zwaarder dan het goede. Bovendien went voorspoed vaak snel. Deze gemene combinatie zorgt voor veel ongeluk. Tijdens lezingen gebruik ik deze emotionele wetmatigheden om uit te leggen waarom de positieve psychologie waardevol is. Het stimuleert mensen geluk te zoeken in zichzelf en hun eigen activiteiten in plaats van in externe omstandigheden. Wanneer dringt dit besef echt tot mezelf door?

Boekomslag

Omslag boek Gelukkig voor de klas

Wetten van het gevoel
‘Het hart heeft zijn redenen die het verstand niet kent’, stelde de filosoof Blaise Pascal met recht. Ik heb vaak inzichten uit de psychologie benut om mezelf beter te leren begrijpen. Mijn verstand kent daardoor de wetten van het gevoel, maar toch kan ik er nog steeds van schrikken hoezeer ik hier zelf aan onderhevig ben.

Trots slijt
Neem bijvoorbeeld het uitkomen van het boekje Gelukkig voor de klas. Toen ik het in handen kreeg, had ik de hartverwarmende hoop dat er mensen zouden zijn die hier iets aan zouden hebben. Misschien zou het voor een aantal docenten en leerlingen een verschil maken. Ongemerkt verdween dit fijne gevoel heel snel in de drukte van het leven van alledag.

Vriendelijke woorden
Hoe sterk dat werkt, bleek toen ik een mailtje kreeg van de schrijfster van het voorwoord, Rita Kohnstamm. Ik waardeer niet alleen haar werk en persoon, maar ze heeft ook nog eens een beslissende wending aan mijn loopbaan gegeven door mij een stageplaats te gunnen bij Psychologie Magazine. Ze had vriendelijke woorden voor ons werk over: ‘Heb ik jullie er eigenlijk al mee gefeliciteerd? Zo niet, dan is het nu de hoogste tijd, want het is best een bijzonder boek!’

Zinvol
Rita Kohnstamm schrijft vervolgens dat ze werd verrast doordat dit boek een algemeen mensenboek is. ‘Over wat mensen bezielt, raakt, verveelt, in de war brengt, gelukkig maakt. En ja dan zijn de toepassingen en voorbeelden geënt op het docentschap. Maar dat gaat haast terloops, omdat het nu eenmaal een boek voor docenten is. Zo worden ze met een zacht lijntje uit het onderwijs-isolement gehaald, waar ze maar al te vaak in zitten opgesloten.’

Verbaasd
Nu zijn dat fijne woorden, die mij nog eens dwongen stil te staan bij wat gedaan was met dit boek. Echt trots voelde ik echter niet, niet voor mezelf en evenmin voor mijn co-auteur Jacqueline Boerefijn. In plaats daarvan was ik verbaasd dat iemand zo mooi reageerde op een werkstuk dat van mijn persoonlijke emotionele radar was verdwenen. Ik was aan het goede gewend geraakt, precies zoals ik zelf regelmatig uitleg.

Hart en verstand
Pascals uitspraak verdient een uitbreiding. Het verstand kent soms de redenen van het hart, zonder dat het hart zich daar iets van aantrekt. Hart en verstand zijn naaste buren, maar ze moeten veel moeite doen om elkaar goed te leren kennen.

Onderwijs geluk voor arbeidsmarkt met robot

Gelukkig voor de klas

Ad Bergsma en Jacqueline Boerefijn overhandigen het eerste exemplaar van hun boek aan minister Bussemaker.

Het onderwijs bereid kinderen voor op een toekomst waarin robots bijna alles beter (goedkoper) kunnen dan mensen, stelde minister Asscher in het NOS Journaal. Stel daarom het mentaal kapitaal van leerlingen centraal in het onderwijs.
Prestatiedruk
‘Ik ben blij dat ik geen mentor ben van de brugklas, want dan moet je op het einde van het jaar met ouders bespreken dat hun kind misschien naar de havo moet in plaats van het vwo.’ Deze uitspraak van een ervaren docent uit mijn hardloopgroepje werd aangevuld door de onderwijzers van groep 2 / 3 van de basisschool. Bij haar hadden ouders geklaagd over het feit dat hun kind in een combinatieklas zat met jongere kinderen. Bestond daardoor niet het risico dat hun kind daardoor straks het atheneum zou mislopen?
Deze kleine conversatie laat zien dat de prestatiedruk in het onderwijs is toegenomen. Ouders eisen een hoogbegaafd kind en de scholen willen het beter doen dan de leerfabrieken uit de buurt. De nadruk op excellente prestaties in het onderwijs hebben de prioriteiten uit het lood geslagen.
Intelligentie brengt geen geluk
Het lijkt wel of de participatiemaatschappij – waarin iedereen op eigen kracht mee moet kunnen doen – haar slagschaduw vooruit werpt. Ouders willen hun kinderen wapenen met mooie cijfers en het beste diploma. Maar is angst wel de beste raadgever? Het doel wat ouders het meest nastreven voor hun kind is dat het gelukkig zal zijn. De nadruk op het ontwikkelen van intelligentie biedt geen garanties. Intelligente mensen zijn volgens het proefschrift van Nijmeegse promovendus Yowon Choi niet gelukkiger dan minder slimme personen. Alleen de tevredenheid over de eigen intelligentie heeft voorspellende waarde voor geluk. Het is daarom geen zegen als je ouders teleurgesteld zijn indien het allerhoogste niveau niet voor je is weggelegd.
Baanloze toekomst door robots
Hierbij komt de vraag of kennis de belangrijkste vaardigheid zal zijn in een toekomst waarin robots mensen steeds meer taken uit handen zullen nemen. Minister Lodewijk Asscher zei in het NOS Journaal: ‘Als robots laaggeschoold en routinematig werk gaan overnemen moeten we onze jeugd opleiden voor het andere werk. Niet trainen op routine, maar op het onverwachte. Niet op feiten, maar op creatief analyseren en nieuwe wegen zoeken. En uiteraard op een goede omgang met een geautomatiseerde wereld.’
Succes
Welke persoonskenmerken vergroten de kans dat kinderen dit straks kunnen? Onderzoek laat zien dat positieve emoties creativiteit vergroten en meer soepelheid bieden in het omgang met veranderingen. Als we het oorzakelijk bekijken, dan draagt succes iets bij aan geluk, maar andersom draagt geluk bij aan succes. Kijk maar naar de ouderen van nu. Wie goedgemutst bereid was de nieuwe techniek uit te proberen en eventueel fouten te maken, heeft het computeren nu onder de knie, terwijl de personen met angst het nooit te zullen leren nog steeds aan de kant toekijken.
Hoogleraar positieve psychologie Jan Walburg zegt daarom dat jongeren een gedegen mentaal kapitaal nodig hebben. ‘Leerlingen leren beter en ontwikkelen zich breder met een wakkere en positieve geest.’ Dit vraagt om een verbreding van het onderwijs, terwijl het ministerie van onderwijs juist extra accent aanbrengt op cognitief gebied. Examens worden verzwaard, vakanties verkort, schooldagen verlengd en reken- en taaltoetsen worden toegevoegd.
Rolmodel
Onderwijs dat primair inspeelt op de angst niet goed genoeg te zijn, bereid kinderen te weinig voor op de toekomst die Asscher schetst. Juist beter in je vel zitten, maakt dat leerlingen beter presteren, ook als het gaat om de schoolse vakken. Veerkracht is trainbaar.
Nog belangrijker dan leerlingen te onderrichten hoe zij zouden moeten leven, is dat docenten zelf het goede voorbeeld geven. Gelukkige leraren hebben leerlingen die hogere cijfers halen. Misschien werkt het enthousiasme van de docent voor zijn vak aanstekelijk. Een andere optie is dat gelukkige leraren gezelliger zijn en minder snel boos worden, zodat ook kinderen minder bang en onzeker zijn.

Boekomslag

Omslag boek Gelukkig voor de klas

Geluk is aanstekelijk
De leraar draagt niet alleen kennis over, maar is ook opvoeder en rolmodel, en emoties zijn besmettelijk. Begin de les maar eens met uitgebreid gapen en de leerlingen doen vrolijk mee. En als één leerling in de klas de slappe lach krijgt, is het onmogelijk de orde te handhaven. Scholen hebben niet alleen de taak de wereld toegankelijk te maken voor het verstand. Leren samenleven en jezelf hanteren zijn uiterst belangrijke doelen voor kinderen die de werkvloer straks met een robot moeten delen. Nieuw is dit idee niet. Theo Thijssen (1879-1943) eindigde zijn boek De gelukkige klas met de volgende zinnen: ‘M’n heerlijke, lieve, lastige stel, ik weet eigenlijk maar één ding: het jaar of wat dat ik jullie heb en dat jullie mij hebben, behoren wij enkel maar een gelukkige klas te zijn. En de rest is nonsens hoor, al zal ik dat júllie nooit zeggen.’ Laten we het beeld van een baanloze toekomst gebruiken om het schoolklimaat een positieve impuls te geven. De boeken Gelukkig werken en Gelukkig voor de klas zijn bedoeld om dit ideaal een stapje dichterbij te brengen.

Herinner elkaar aan gelukkig werken in de gezondheidszorg

Geluk en werkplezier zijn belangrijker dan geld. Dit inzicht is misschien het belangrijkste exportproduct van het bergstaatje Bhutan. Daar streeft de regering niet alleen naar economische groei, maar naar het verhogen van het Bruto Nationaal Geluk. Bhutan overtuigde de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties al om een resolutie aan te nemen dat geluk meer aandacht verdient bij economische en sociale ontwikkeling.

T-shirt met opdruk

Bewaak je enthousiasme

Geld niet enige dat telt
Het initiatief van Bhutan is in zekere zin geboren uit armoede, want het land kan bepaald niet mee in de ratrace om meer geld. Het idee is echter overgenomen door rijke landen, die leerden dat economische groei niet iedereen geluk brengt. Uiteindelijk telt er meer dan geld.

Stel werkplezier centraal
Het voorbeeld is relevant voor de gezondheidszorg. De zorg komt uit een lange periode van toenemende uitgaven en ondanks deze investeringen is het welbevinden van patiënten en personeel niet optimaal. Dit leert ons, net als de rijke landen, dat gunstige financiële randvoorwaarden zich niet automatisch vertalen in optimaal rendement. En nu de zorg te maken krijgt met bezuinigen, zal de zorg net als Bhutan moeten leren dat werknemers patiënten en het eigen werkplezier centraal kunnen stellen, ondanks financiële krapte.

Betere prestaties
Het mooie is dat de combinatie van werkplezier en beperkte middelen niet onwaarschijnlijk is. Gelukkig werken is niet alleen prettig voor verpleegkundigen, artsen, opleiders en alle andere werknemers in het ziekenhuis, maar ook voor de werkgever en patiënten. De resultaten in onderzoek variëren, maar laten wel steevast een positieve relatie zien tussen werkprestaties en werkgeluk. Wie zich prettiger voelt maakt minder fouten, is minder vaak ziek en is creatiever. Gelukkige werknemers kunnen meer doen met minder.

Nederlands voorbeeld
In de Amphia ziekenhuizen is al een pilot studie gedaan met een programma om het werkgeluk en de bevlogenheid van verpleegkundigen te stimuleren. De resultaten zijn zo goed dat het programma nu met een grotere groep wordt herhaald. In Canada zijn bij een grotere groep verpleegkundigen eveneens fraaie resultaten geboekt met het programma Spirit at work. Het Handboek Positieve Psychologie schrijft over dit programma: Men ‘koos een aanpak waarin het vergroten van het werkplezier centraal stond. De gedachte was dat zorg voor ouderen belangrijk, nuttig, waardevol en dankbaar werk is, maar dat de medewerkers dit als het ware waren ‘vergeten’. Zij werkten op de automatische piloot zonder stil te staan bij wat ze aan het doen waren.’ Deze afdeling was zo ontevreden over de collega’s, dat ze hun chagrijn ten koste van patiënten uitleefden. De groep een spiegel voorhouden en de blik richten op de schoonheid van het werk, zorgden voor een ommekeer.

Mooi werk
De gezondheidszorg krijgt de komende jaren net als Bhutan te maken met geldgebrek. Dit gaat zeker af en toe ervoor zorgen dat pijnlijke keuzes gemaakt moeten worden. Laat de hulpverleners elkaar blijven helpen in te zien dat ze mooi werk hebben, waar ze veel plezier en voldoening aan kunnen ontlenen.

Investeer meer in coaching

Tijdens de algemene beschouwingen zette de regering in op het bieden van kansen aan iedereen, terwijl de oppositie wees op de ouderen en andere kwetsbaren voor wie dit geen soelaas zou bieden. Het bezwaar de oppositie kan verkleind worden als bedrijfsleven, onderwijs en geestelijke gezondheidszorg meer investeren in het vergroten van levenskunst.

Boekomslag

Omslag boek Gelukkig voor de klas

Politieke achtergrond
Achter de politieke schermutselingen tijdens de algemene beschouwingen speelde de vraag: Hoe staat Nederland ervoor? De PVV ziet een oudere generatie die als ‘oud vuil’ wordt behandeld en de SP treurt vanwege de lange rijen bij de voedselbanken. Rutte wijst op zijn beurt op de welvaartsgroei van de oudere generaties en het sociale vangnet van de verzorgingsstaat. De staat biedt een aanvaardbaar minimum.
Nederland gaat goed/slecht
Een afspiegeling van dit debat woedt onder geluksonderzoekers. De een schrijft boeken over het verlies van geluk in de moderne markteconomieën en de ander zegt dat het leven nog nooit zo goed is geweest als op dit moment. Beide partijen kijken zoals Rutte het uitdrukte door een rietje naar de sociale werkelijkheid. Veel Nederlanders zijn angstig, terneergeslagen, overbelast of eenzaam. Tegelijkertijd geven Nederlanders zichzelf een rapportcijfers van 7,7 voor hun eigen geluk. De blijmoedige en sombere statistieken spreken elkaar niet tegen, omdat mensen die hoge niveaus van onbehagen rapporteren, vaak ook vaak gelukkige momenten kennen. Andersom hebben gelukkige mensen geen rimpelloos leven.
Burgerslachtoffers
Tijdens de algemene beschouwingen worden verschillende oplossingen aangedragen. De regering wil mensen voor elkaar en voor zichzelf laten zorgen, terwijl de oppositie de burgerslachtoffers van het moderne leven centraal stelt en meer wajong, verzorgingshuizen en bestaanszekerheid wil bieden. Wat in beide visies ontbreekt is de levensvaardigheid van het individu. Kansen bieden aan mensen die ze niet kunnen pakken heeft geen zin. Dat is even nuttig als te voorkomen dat mensen op eigen benen gaan staan door ze blijvend te ‘beschermen’.
Meer therapie en coaching
De Engelse geluksonderzoeker en econoom Richard Layard heeft daarom voorgesteld veel meer psychotherapeuten op te leiden. De moderne meerkeuze maatschappij stelt zulke hoge eisen aan de zelfredzaamheid van het individu, dat zij soms begeleiding nodig hebben om een goede koers te vinden. Internationaal onderzoek van de socioloog Giorgio Touburg toont aan dat hogere investeringen in de geestelijke gezondheidszorg gepaard gaan met een hoger geluk van de bevolking. Helaas kiest de regering voor harde bezuinigen in de ggz.
Gelukkig werken
Het vergroten van levenskunst is een waardevol en ten onrechte onderbelicht doel. Dit geldt niet alleen voor patiënten in de gezondheidszorg, maar ook voor leerlingen op scholen of werknemers. Hoogleraar positieve psychologie Jan Walburg reageert: ‘Welbevinden is geen leuk extraatje, maar raakt de kern. We weten dat welbevinden een belangrijke voorwaarde is om open te staan voor nieuwe ervaringen. Leerlingen leren beter en ontwikkelen zich breder met een wakkere en positieve geest.’
Vind je eigen weg
Wat Walburg hier over het onderwijs zegt, kan doorgetrokken worden naar de maatschappij als geheel. Meer kansen in de maatschappij voor het individu levert alleen meer geluk op als individuen die kunnen benutten. Life coaching, psychotherapie en onderwijs kunnen mensen leren zelf een weg te vinden in de moderne meerkeuze maatschappij. Dezelfde rol wordt vervuld door boeken als Gelukkig werken en Gelukkig voor de klas. Het versterken van levenskunst levert een mooiere maatschappij op.

Werkgeluk als praktisch ideaal

‘De waarheid bestaat niet, maar toch moet je ernaar zoeken.’ Dit zei de emotiepsycholoog Nico Frijda tegen mij in een van de eerste interviews die ik voor Psychologie Magazine heb gehouden. Ik heb me toen vooral afgevraagd hoe ik deze uitspraak moest duiden. Was Frijda verbitterd of juist hoopvol?

Vijver met bomen

Lunchwandeling in de natuur brengt ontspanning

Twintig jaar later is mijn conclusie dat Frijda erin geslaagd was de frustraties over de beperkingen van de psychologie een plek te geven. De vooruitgang in de psychologie blijft soms beperkt, maar Frijda geeft zich niet gewonnen. Het is immers duidelijk dat onwaarheden bestaan en dat je de wereld mooier kan maken door te proberen misverstanden op te ruimen, zelfs als je gelooft dat een definitieve waarheid niet in het verschiet ligt.

Vlieg zonder dat je denkt de zon te bereiken

De uitspraak van Frijda heeft mij de moed gegeven om samen met trainer/coach Onno Hamburger een boek te schrijven met de optimistische titel Gelukkig Werken. Mijn pessimistische ik waarschuwt dat ik met zulke titels de lat hoog leg en dat ik misschien een droom aan het verkopen ben. Maar aan de andere kant is het een mooi ideaal om na te streven, dat niet frustreert zolang je je blijft realiseren dat je het niet volledig waar kan maken.

In het boek Gelukkig werken zie je dat direct terug op de flappen. We gebruiken daar het beeld van de routeplanner op de Tom Tom. Het beginpunt is de huidige werkplek, de bestemming is geluk, maar in plaats van snel aan te komen, is als reisduur tot aan het pensioen opgegeven. Het boek nodigt je uit om na te gaan wat je sterke kanten zijn en hoe je die zou kunnen gebruiken, maar ook om na te denken over  het in toom houden van je zwakke plekken.

Levenskunst zorgt voor evenwicht

Een groot deel van het boek gaat vervolgens dieper in op het vinden van de waarden die je zouden kunnen inspireren en op het vinden van een evenwicht tussen wat jouw belangrijk is en wat de omgeving van je vraagt. Levenskunst op het werk is immers evenwichtskunst. En wie zich daarbij staande weet te houden, krijgt een grote beloning. Geluk maakt creatiever, beschermt de gezondheid en doet de samenwerking beter verlopen.

We laten het ideaal van werkgeluk niet verzanden in een wensdroom. We bespreken uitgebreid dat negatieve emoties een functie hebben en dat het wegdrukken van negativiteit averechts kan werken. Ook de valkuil van de gestegen verwachtingen komt aan bod. Als je verwachtingen sneller stijgen dan de geboekte resultaten, loop je een reëel risico op frustratie.

Streef onbekommerd naar je ideaal

Werkgeluk vraagt dat je een verbinding te maken tussen tegenovergestelde grootheden. Net zoals je alleen goede relaties kan onderhouden, als je bereid bent het risico van verlies te dragen, zul je voor gelukkig werken bereid moeten zijn onaangename gevoelens te tolereren en ervan te leren. Gelukkig werken als ideaal brengt het risico van ongeluk met zich mee. Werken is daarmee als het leven; ingewikkeld. Maar juist als je bereid bent de moeilijkheden onder ogen te zien en er het beste van te maken, heb je kans dat je iets bereikt dat de moeite waard is. Gelukkig werken bestaat niet honderd procent, maar je kan er wel onbekommerd naar streven.

Ad Bergsma

RSI

Gelukkige medewerkers krijgen geen RSI!

RSI
Raar maar waar! Uit recent onderzoek van de Vrije Universiteit Amsterdam blijkt dat er geen verband is tussen de hoeveelheid tijd die mensen achter de computer doorbrengen en de kans op RSI.

Al die anti-RSI computer programma’s, die om de zoveel tijd je computer onderbreken, kunnen dus de prullenbak in!

Lees meer